JosVanDeWiel: Eric Kautz herinner ik mij als het wiskunde genie. Dat leidde dan tot allerlei denk-spelletjes, maar toch vooral schaken! Ik heb met Eric nog wat contact gehad na de internaatsperiode en samen hebben we de reünie in 1979 georganiseerd (afstudeerders 1974). Na enkele jaren voor het bankwezen te hebben gewerkt, weet ik dat Eric inmiddels een eigen zaak heeft. Postzegels is zijn specialiteit.
Ik ga Eric weer benaderen. Jullie kunnen dan van hem veel meer horen!
WiebeVanDerWorp: en dat blijkt dan maar weer, Eric schreef:
"Ik vond nog de teksten van 2 liedjes die waren gemaakt ergens rond 1970. Als ik het me nog goed kan herinneren gebeurde dit nadat er iemand was geschorst. Helaas kan ik je niet vertellen wie ze geschreven heeft of wie er toen van het internaat werd gestuurd. Ik hoop dat je er wat aan hebt."
Ja, natuurlijk!
Lied 1
Wijs: Meneer de president van Boudewijn de Groot
Beste mijnheer Jansen welterusten
Slaap maar lekker in uw hoge herenflat
Droom maar niet te veel van de studie van uw jongens
Die hier eenzaam zitten uren ver van huis
Droom vooral niet van die 72 kippen
Die niet in de ochtendstudie willen zijn
En vergeet het vierde van de tien geboden
Die u als goed Christen zeker kent
En denk niet te veel met uw kale koppie
Org maar dat niet iedereen wegvliegt uit het hok
Anders valt zelfs u van uw stokkie
Beste mijnheer Jansen slaap zacht
---oooOOOooo---
Droom maar van overwinning en van zege
Droom maar van uw mooie vredes ideaal
Dat nog nooit door studeren is verkregen
Droom maar dat het u lukken zal dit maal
Denk maar niet aan al die jongens die verrekken
En al de herrie en het kabaal
Droom maar dat u aan het langste eind zult trekken
Geloof van al die tegenslag geen woord
Priesterheren met dikke sigaren
Houden scherp in de studiezaal de wacht
En spreken alleen over resultaten
Beste mijnheer Jansen slaap zacht
---oooOOOooo---
Schrik maar niet als u in uw dromen
Van die schuldeloze internen ziet staan
Die met zijn alleen naar u toe zijn gekomen
En u vragen hoelang dit zo door moet gaan
En u zult onderhand wel weten
Dat er jongens zijn die gek zijn van geweld
Die beslist niet alle ellende zullen vergeten
Voor wie een fatsoenlijk leven nog steeds telt
Droom maar niet van al die lastige jongens
Droom maar fijn van vrede en van macht
Laat die internen kliek maar praten
Beste mijnheer Jansen slaap zacht
---oooOOOooo---
Lied 2
Wijs: De monniken van Jaap Fischer
Daar woonden twee heren Otto en Nico
In een flatje op een heuvel
Ze sleten hun tijd en dat was een hoop
Met sigaren en weinig gekeuvel
---oooOOOooo---
Zij kletsten over de internen
En lieten ze hard studeren
Want voornamere dingen die waren er niet
Want die priesters zijn rare heren
---oooOOOooo---
En als je niet in de ochtendstudie kwam
Dan werd je opgeschreven
Dan kon je ’s-avonds nog eens terugkomen
Om nog eens fijn te leren
---oooOOOooo---
En als je het studeren niet nodig vond
Dan liep je wat door de zalen
Bij de internen gingen de kaarten rond
En bij de heren de roddel verhalen
---oooOOOooo---
Maar dat begreep ik niet en ben weggegaan
Na een afscheid met veel vreugde
Otto gaf me een hand wat die nooit had gedaan
Maar Nico zei echter niets dan amen
---oooOOOooo---